Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ga henen en spreek tot Hananja, zeggende: Zo zegt de HEERE: Houten [26]jukken hebt [27]gij verbroken, nu zult [28]gij in plaats van die ijzeren jukken maken. 26. Dit kan men verstaan, dat Hananja het ene houten juk van Jeremia brekende, daardoor te verstaan wilde geven dat al de andere, waarvan hfdst.27 vs.2,3, enz., van gelijken zouden gebroken worden. Of, men kan het hier overzetten, houten disselen [zie boven hfdst.27 vs.2], omdat in het volgende een ander Hebreeuws woord, dat ook een juk betekent, gebruikt wordt. Vergelijk wijders Deut.28:48. 27. O Hananja. 28. O Jeremia; dit zijn de woorden, die God tot Jeremia gesproken had om Hananja dezelve in zijnen naam aan te zeggen.